Van handschrift tot happening.

Tijdens de Canon-dagen op 25 en 26 mei 2024 hebben de broeders van het Minderbroederkoor Pax et Bonum aandacht besteed aan Sint Willibrord en aan het oudste Nederlandse gedichtje Hebban olla uogala. Daar is heel wat werk aan vooraf gegaan. In dit artikel nemen we een kijkje achter de schermen.

Rond de jaarwisseling vraagt de leiding van Archeon aan de broeders of zij tijdens de Canon-dagen aan de bezoekers kunnen laten zien wat de betekenis is van Willibrord voor de vaderlandse geschiedenis. Willibrord is onderdeel van de Canon van Nederland omdat hij rond het jaar 700 een belangrijke rol speelde in het christelijk maken van Nederland. Wie door hem bekeerd werd moest beloven om de duivel en de Germaanse goden af te zweren en in de God van de Christenen te geloven. Willibrord kwam vanuit Engeland en deed zijn werk onder de bescherming van de Frankische koningen die hun rijk wilden uitbreiden met een stuk van het gebied van de Friezen. Willibrord wordt door de paus benoemd tot aartsbisschop van de Friezen. Hij sticht kerken en kloosters in onder andere Utrecht, Heiloo, Egmond, Emmerich, en ook in Echternach. Daar wordt hij na zijn dood in het jaar 739 als heilige vereerd. Nog elk jaar gaan pelgrims springend in processie naar zijn tombe in de Abdij van Echternach.

Deze historische feiten waren voor de Broeders en de inmiddels geformeerde denk- en doegroep het uitgangspunt voor een draaiboek voor 25 en 26 mei. Het gegeven dat Willibrord per boot vanuit Engeland naar Nederland kwam, en misschien van Katwijk over de Rijn naar Utrecht reisde, maakte het denkbaar dat hij in Gravendam een tussenstop heeft gemaakt. Middeleeuwers waren er dol op om dit soort gebeurtenissen periodiek te herdenken. De broeders stelden voor om zo’n Willibrord herdenking na te spelen. De elementen daarbij waren de aankomst per boot, de ontvangst van Willibrord door de lokale bevolking van de stad en een processie naar het klooster, waarin bezoekers konden participeren. Dat alles gelardeerd met speciaal voor hem gecomponeerde muziek. 

Maar was er wel Middeleeuwse muziek die aan Willibrordus was opgedragen? Via het netwerk van een van de broeders bleek al snel dat die muziek er inderdaad was: in een Utrechts handschrift uit de 12e eeuw staat een uitgebreide verzameling gezangen die gaan over het leven en werken van Willibrord. Die zijn voor ons niet gemakkelijk te lezen, maar gelukkig waren de gezangen al eerder ontcijferd door een wetenschapper uit Utrecht, in 2006 uitgevoerd tijdens een festival en opgenomen in een  boek uit 2012. Een van de broeders is met het materiaal aan de slag gegaan en heeft de melodieën en teksten omgezet naar de vorm zoals die  door de broeders in Archeon wordt gebruikt. Daarnaast is dankbaar gebruik gemaakt van de expertise van andere wetenschappers om vragen over de uitvoering te beantwoorden. Vanaf februari 2024 werd er in het klooster goed gewerkt om de nieuwe gezangen te beheersen. Het feit dat er nu voor het eerst gezangen klonken uit een Nederlands handschrift, was voor veel broeders een stimulans om hard te studeren. Dit smaakte naar meer – en zal dan ook zeker een vervolg krijgen.

Hebban olla uogala is ook opgenomen in de Canon. Het is een bijzonder gedichtje dat rond 1075 is opgeschreven door een monnik in een klooster in Kent, Engeland. We denken dat de monnik uit Vlaanderen kwam en dat hij deze tekst (die hij kennelijk al kende) opschreef om daarmee te controleren of zijn ganzenveer nog goed werkte. In het Minderbroederklooster werd nagedacht over een manier om bezoekers, en met name kinderen, te laten zien en ervaren hoe teksten in de Middeleeuwen werden geschreven. Het idee was om een rustig deel van het klooster in te richten als een scriptorium (schrijfzaal) waar twee broeders een demonstratie zouden geven en waar bezoekers de mogelijkheid zouden krijgen om zelf met ganzenveren pennen een stukje tekst te schrijven met het gedichtje als voorbeeld. De twee broeders nemen het voortouw en regelen pennen, inkt, afdrukken van de oorspronkelijke tekst en een instructie voor de bezoekers. Tegelijkertijd zet een muzikale broeder het gedichtje op een melodie uit het Moosburger Graduale, een handschrift uit 1357 dat in het Minderbroederklooster wordt gebruikt om bezoekers te laten ervaren hoe zingend leren in de 14e eeuw gaat.

En dan is het zover: op 25 en 26 mei komt Sint Willibrord per boot vanuit Dorestad aan in Gravendam. Een schare poorters, broeders en bezoekers van het Archeon staat hem daar zingend op te wachten. In processie gaat de stoet naar het marktplein waar Willibrord uit de ossenkar stapt en een aantal heidenen doopt onder het uitspreken van de Utrechtse doopbelofte die waarschijnlijk stamt uit het 3e kwart van de 8e eeuw. Daarna vertrekt iedereen al springend in processie naar het klooster, waar de heilige zich vermoeid maar voldaan terugtrekt om in alle rust te bidden.

Ondertussen wordt in het scriptorium de hele dag door aan de bezoekers gedemonstreerd hoe monniken in de Middeleeuwen met de hand boeken volschreven en verluchtigden met prachtige illustraties. Kinderen krijgen op verzoek hun naam op de arm geschreven in het lettertype dat Karel de Grote in heel zijn rijk verspreid heeft. Collega-broeders komen langs om de tekst Hebban olla uogala als lied ten gehore te brengen – een ware première.

Al met al was de viering van de Nederlandse Canon in de Middeleeuwen een geslaagd feest vanuit alle lagen van Archeon dat zeker voor herhaling vatbaar is. Het draaiboek voor volgend jaar ligt al klaar!

Broeder Bert

Broeder Laurentius

Bekijk hiernaast een kleine sfeerimpressie.